Refuse, reduce, reuse, recycle, rot. Oftewel weigeren, verminderen, hergebruiken, recyclen, rotten. Dat is dé manier om duurzaam met onze planeet om te gaan.
Regelmatig hoor ik mensen zeggen: "O, maar ik scheid mijn afval. Plastic gaat naar de plastic container." Alsof afval ophoudt te bestaan zodra het uit het huis is.
Maar met afval scheiden is alle problematiek rondom plastic niet zomaar opgelost. Recyclen kost veel geld en energie. Zo'n plastic verpakking moet namelijk eerst opgehaald worden door een vrachtwagen. Die rijdt vervolgens naar een sorteer- en verzamelplaats.
Met geluk wordt het niet verder getransporteerd en daar ter plekke bewerkt tot grondstof. Maar met een beetje pech wordt het ook nog een aantal keer op transport gezet.
En dan moet het dus ook nog bewerkt worden tot grondstof en uiteindelijk tot een nieuw product.
Alles bij elkaar kost dit proces veel geld en energie. Zonde voor zoiets als een plastic zakje om een tros bananen of een bloemkool dat je een uurtje gebruikt en daarna in je afvalbak of plastic container stopt. Vooral omdat bananen en bloemkool prima afkunnen zonder dat zakje.
Daarom dus liever eerst kiezen voor weigeren, verminderen en hergebruiken.
Nóg minder dingen kopen
De mantra refuse, reduce, reuse, recycle, rot geldt niet alleen voor plastic zakjes en ander plastic verpakkingsmateriaal uit de supermarkt, maar ook voor andere aankopen. Daarom koop ik alleen bij uitzondering nieuwe dingen. En alleen als ik echt niet zonder kan. Liefst tweedehands. Maar altijd van goede kwaliteit.
Een voorbeeld zijn mijn nieuwe
Thinksound oordopjes (zonder pvc!). Mijn oude Sennheiser koptelefoon viel letterlijk uit elkaar en toen uiteindelijk het geluid aan beide oren het niet meer deed, heb ik dan toch maar nieuwe oordopjes gekocht.
Sommige dingen willen we niet zonder leven, maar gebruiken we niet de hele tijd en zouden we dus prima kunnen delen. Door te delen besparen we geld, ruimte én grondstoffen.
Gedeelde wasmachine
In Zweden -waar ik een aantal jaar heb gewoond en nog steeds regelmatig kom- heb ik kennisgemaakt met delen van dingen uit je huishouden. Standaard zijn appartementsgebouwen daar uitgerust met een gedeelde wasruimte.
Hoewel de grootte en kwaliteit van zo´n gedeelde wasruimte verschilt, staat er in ieder geval standaard een wasmachine en iets van een droger, droogkast of zijn er waslijnen. In ons appartement in Östersund waar we een paar jaar hebben gewoond, was de wasruimte super goed. Er waren twee goede wasmachines, een wasdroger (die we nooit gebruikten), een droogkamer met waslijnen en een strijkplank met strijkijzer. Ook was er een wasrek dat je buiten kon zetten als de zon scheen.
In Zweden hangt er in een appartementengebouw gewoonlijk een lijst waar je een wastijd kunt boeken. Soms is er zelfs een elektronisch boekingssysteem. Zo reserveer je een aantal dagen van te voren jouw wastijd. Dat is dan een dagdeel. Aan het einde van jouw tijd haal je de was op en laat je de boel schoon achter voor de volgende persoon.
Door dit systeem hoefde ik tijdens mijn tijd in Zweden nooit een wasmachine te kopen. Dat scheelde gedoe, geld en ruimte. Ook hoefde we de natte was niet in onze kleine woning op te hangen.
Behalve een gedeelde wasruimte, deelden we als bewoners van het appartementengebouw ook een tuin, barbecue, logeer/vergaderkamer en een volledig uitgeruste klusruimte met boren en dergelijke.
Iedereen ging netjes om met de gedeelde spullen. Het was normaal om dingen netjes en schoon achter te laten. Deed je dat niet, dan hing er al snel een boos briefje op het gezamenlijke prikbord. Gedeelde faciliteiten kosten natuurlijk geld. Via de maandelijkse servicekosten (bovenop huur of hypotheek) werden die kosten gedekt. Maar omdat we de kosten met velen deelden, bleven deze laag en heel redelijk.
Delen scheelt geld, ruimte én grondstoffen!
Eigenlijk hou ik niet zo van delen. Ik koop zelden nieuwe dingen, maar als ik iets koop, dan is het meestal iets duurs en ben ik er erg zuinig op. Ik ben bang dat dingen kapot gaan als ik ze uitleen. Want wie draait er dan op voor de schade? Of wat als iemand de geleende spullen niet terugbrengt?
Gelukkig denkt niet iedereen zo en zijn er tegenwoordig een aantal apps die je kunt gebruiken om niet alleen je spullen, maar ook je tijd en vaardigheden te delen. Zo wordt delen makkelijker gemaakt.
Omdat ik nu in China ben, heb ik deze apps nog niet getest. En we huren hier gemeubileerde woonruimte compleet met wasmachine. Die zou ik wel willen delen, maar ik weet niemand die het ding met ons zou willen delen.
Als we volgend jaar weer terug in Nederland zijn, hoop ik wel serieuzer te beginnen met het delen van een aantal dingen. Ik ben met name geïnteresseerd in het delen van dingen die ik zelf niet heb en niet wil aanschaffen (omdat we de komende jaren toch niet lang op één plaats zullen blijven). Concreet denk ik dan aan het delen van een wasmachine en het lenen van een luchtbed voor als we eens logees hebben.
Peerby lijkt handig te zijn als je af en toe eens iets wilt lenen van mensen uit je buurt. Of dat ook handig is voor structureel dingen van elkaar lenen en dingen met elkaar delen, weet ik niet. Idealiter zou je bepaalde dingen samen met anderen aanschaffen en er dan gezamenlijk gebruik van maken. Dat zou niet alleen kunnen werken voor een wasmachine, maar ook voor een boor, stofzuiger of barbecue.
Misschien heb ik zelf ook wel dingen die ik zou willen delen met anderen. Mijn koffer bijvoorbeeld. Dat ding ligt toch enorm in de weg. En we zouden ook ons appartement kunnen uitlenen of verhuren tegen een redelijke prijs als we een paar dagen weggaan of op vakantie zijn.
The Story of Stuff heeft twee podcasts gemaakt over delen en de nieuwe deeleconomie. Deel 1, "All About Sharing" vind je
hier. Voor deel 2, "Start Sharing", klik je
hier.
Deel jij structureel of incidenteel wel eens dingen met anderen? Leen je
van bekenden of maak je gebruik van sites zoals Peerby? Wat zijn jouw
deel ervaringen? Ik hoor ze graag, zodat ik in de toekomst ook meer kan gaan delen!